Het is weer eventjes geleden dat ik hier nog iets neergeschreven heb, Liam. Het is zeker niet omdat ik minder met jou bezig ben geweest of omdat ik niets te vertellen had. Soms is het nu eenmaal makkelijker om me gewoon te laten meeslepen in de stroom van het dagelijks leven, dan de energie te vinden om die stroom even te doen stoppen en bewust stil te staan bij wat er zich allemaal afspeelt. Maar de afgelopen weken hebben weer heel wat veranderingen met zich meegebracht die mij toch weer naar hier duwen, naar jouw digitaal plekje waar ik heel open en eerlijk over ons leven kan zijn.
Binnenkort ga ik van werk veranderen. Ik ga de stap maken om uit mijn vertrouwde werkomgeving weg te gaan en ergens anders helemaal nieuw te beginnen. Ik ben best wel trots op mezelf dat ik er gewoon al in geslaagd ben dat ze mij als hun nieuwe collega gekozen hebben. Vaak heb ik toch nog steeds het gevoel dat in het groot op mijn voorhoofd geschreven staat dat ik gebroken ben en best te vermijden ben. Het toont aan dat dit enkel in mijn hoofd zit en ik eigenlijk niet zo overkom. Zoals steeds als ik met nieuwe gezichten moet praten, was ik ook tijdens dit proces vanbinnen erg onrustig, wetende dat het gesprek op een bepaald punt ook naar jou zou leiden. Begrijp dit niet verkeerd Liam, ik vertel heel graag over jou en heb niets liever dan dat jouw naam vernoemd wordt. Maar het is de manier waarop anderen in het verleden op jou gereageerd hebben die er nu voor zorgt dat het mij op voorhand al heel zenuwachtig maakt. Omdat ze zich typisch erg ongemakkelijk voelden, hun hoofd naar beneden ging en ze mij dan niet meer durfden aan te kijken. Als ze iets troostends probeerden te zeggen, kwamen er juist volledig verkeerde en kwetsende woorden uit hun mond die me nachtenlang wakker hielden. Maar deze keer was het anders, ik heb op een meer neutrale toon over jou kunnen praten, ik heb hen niet de kans gegeven om zich te verliezen in ongepaste woorden en je maakte gewoon deel uit van mijn verhaal. Ook als ze meer details over mijn familie vroegen, omdat ze dit al wilden toevoegen aan het introductiemailtje dat naar het hele bedrijf wordt gestuurd, heb ik expliciet gevraagd jou zeker ook te vernoemen. Toen ik de email zelf ontving, was ik ook blij met hoe je vermeld werd: “Tara heeft 2 kindjes: een dochter van 14 maanden Emilia en een sterrenkindje Liam dat ze in haar hart draagt.” Ik ben opgelucht dat iedereen op voorhand van jouw bestaan afweet, dat maakt me heel wat rustiger en hopelijk valt de nieuwe omgeving dan ook mee.
Het blijft wel een vreemde gedachte dat ik wegga van de plaats waar ik zoveel uren met jou heb doorgebracht. Ik had de gewoonte om met mijn rechterhand mijn muis te bedienen en mijn linkerhand kon ik dan gezellig op mijn ronde buik leggen en kreeg ik af en toe schopjes van jou. Er zijn natuurlijk ook heel wat collega’s die mijn buik elke dag hebben zien groeien. Ook al zeggen ze er niets meer over, toch waren ze in de buurt toen jij er nog was. Het is dus ook opnieuw weer een beetje afscheid nemen van een plaats waaraan jij sterk gelinkt bent.
Tegelijkertijd met het vinden van de vacature voor deze nieuwe job, heb ik nog een grote ontdekking gedaan. Een tijdje leek het er naar uit te zien dat je nog een keer grote broer zou worden. Het tweede streepje op de zwangerschapstest kondigde zich aan toen we begin januari nog op vakantie waren in Spanje en ik me een paar keer misselijk voelde. Eens thuis werd het dan ook bevestigd, ik was opnieuw zwanger. Het leek te mooi om waar te zijn, en een nieuwe job en nog een broertje of zusje voor jou. Natuurlijk waren we heel afwachtend, zeer goed wetend dat het weer slecht zou kunnen eindigen. Maar stiekem hoopte ik natuurlijk toch op een goede afloop. Een paar weken later begon het bloeden en wist ik dat het enkel bij een idee zou blijven.
Deze miskraam voelt voor mij ook heel verwarrend aan. Bij mijn eerste miskraam, de eerste keer dat ik zwanger was voordat jij er was, was ik zo blij dat ik na een jaar proberen eindelijk zwanger was, en was ik nog zo naïef, dat toen het misliep ik er een paar maanden niet goed van geweest ben. Toen ik opnieuw zwanger was van jou, was die neerslachtigheid voorbij, ik had jou in mijn buik en dat maakte alles goed. Deze miskraam komt natuurlijk op een heel ander moment voor ons. Naïef ben ik absoluut niet meer, en in vergelijking met jou verliezen is een miskraam verwaarloosbaar. Zo voelt het een beetje voor mij, gooi deze miskraam maar gewoon bij mijn grote hoop verdriet en ik ga het verschil niet merken. En dat doet mij toch ook een beetje schuldig voelen ten opzichte van deze celletjes die aan het groeien waren, zij kunnen er ook niet aan doen dat jij er niet meer bent en ik precies geen ruimte meer over heb om nog voor iets anders erg verdrietig te zijn. Om dit toch ergens tastbaar te maken en ook deze celletjes een beetje een plekje te geven in ons huis, heb ik een klein fotoalbum gemaakt met de foto’s van deze periode. Bij mijn eerste zwangerschap waren we namelijk toevallig op reis in de VS en telkens als ik naar dat fotoalbum kijk, denk ik eventjes aan wat er had kunnen zijn. Jij hebt ondertussen ook al twee scrapbooks waar we regelmatig doorbladeren. En voor deze keer leek mij een klein album dus wel gepast, want het maakt nu eenmaal deel uit van ons verhaal, ook al was het een droom die we maar een paar weken geleefd hebben.